www.sailing-dulce.nl

Logboek 2015/2 Op weg naar huis

Muros

De witte vlekken op de dwergplaneet Ceres. Foto 16 mei, vanaf 7200 kilometer genomen door de ruimtesonde Dawn.
De witte vlekken op de dwergplaneet Ceres. Foto 16 mei, vanaf 7200 kilometer genomen door de ruimtesonde Dawn.

Vrijdag 22-05-2015

De spanning neemt toe, naarmate de ruimtesonde Dawn de dwergplaneet Ceres dichter nadert. Wat zijn die witte vlekken toch? Deze foto is van 16 mei, genomen vanaf 7200 kilometer afstand. De rechter vlek is uiteen gevallen in diverse kleinere vlekken. IJs en dus bevroren water, aan de bitterkoude oppervlakte gestuwd vanuit een ondergrondse oceaan? We wachten het af.

 

Een tribuut aan Dimitri van Toren, gisteren overleden op 74 jarige leeftijd. In 1940 geboren in Breda. De man met de bescheiden, wat trillende stem. We zongen allemaal zijn bekende lied mee:

 

'He, kom aan, blijf niet staan en loop me achterna
Door de straat over 't plein met je tingeltamboerijn
Met je hand vol geld en je Herculesheld
Je haren in de wind en alles wat je vindt.'

 

'Je Herculesheld', geweldig. Dimitri van Toren was dan wel een klein mannetje, maar een leuke artiest. Jammer. Het lied is hier te beluisteren op YouTube.

 

Piekeren over de mate van ontoerekeningsvatbaarheid van Jansen Steur. Wat betekent dat? Als ik maar gek genoeg ben, kom ik overal mee weg? Onbevredigend.

 

Vannacht waait het uit het noordoosten. Daardoor loopt er swell de haven in. We sliepen erdoorheen maar Piet & Ineke deden geen oog dicht. Ze willen daarom graag weg, want die wind en de swell blijven wel een week. Ik aarzel, want als we naar de volgende Ria willen - de Ria de Muros - dan moeten we er precies tegenin. Laten we gaan, zegt Ans, het is niet zo ver.

Afvaart om acht uur met overdadige zonneschijn. Daar ligt het niet aan. De wind giert flink en heeft  over de volle lengte van de Ria de Aroso een flinke zeegang opgebouwd. Je denkt: het zal wel meevallen in die Ria's, maar niet met NO Bf 6. We spuiten zonder zeil met 7 knopen naar het kanaaltje tussen het Isla Salvora en de Punta Falcoeiro. Er liggen veel scherpgepunte rotsen, dus goed opletten. Op het smalste punt zouden twee bakens moeten staan, maar we zien alleen dat aan bakboord (foto hier) Voor de wind stormen we erdoor met 8,3 knopen. Verderop hebben we luwte van een rotseilandje, waar je niet te dichtbij moet komen. Overal zie je scherp gekartelde rotsen boven nijdig bruisende golven uitsteken. Ik maak een flinke draai en dan zijn we op open zee en is de koers noord. Het is flink steigeren en we krijgen flinke ladingen buiswater over het dek en tegen de buiskap.

 

Een goed anderhalf uur stampen we langs het schiereiland van Corrubedo naar de gelijknamige kaap. Soms loeit de schroef door cavitaties van schuimwater; dan heeft hij geen grip. Geduld is een schone zaak, zeggen we, het is een kwestie van uitzitten. Een enkele keer maken we een klap die de romp doet trillen, maar door te kruisen valt het mee. Nog 8,5 mijl te gaan. Ik zie dat de Tartaan na kaap Corrubedo vlak bij de kust blijft varen. Slim van Piet, daar is de zeegang misschien wat minder. Ik ben echter al te ver in zee en naast een rotsachtige ondiepte om dat oook te doen. Derhalve recht toe rechtaan naar kaap Carreiro aan de overkant van de monding van de Ria de Muros. Een rechte lijn is de kortste verbinding tusen twee punten, moet je maar denken, en bij die kaap moet ik ook luwte krijgen.

 

Over bakboord is nu ook de beruchte kaap Finisterre zichtbaar. Daar waait het nu nog veel harder dan de 27 knopen die we hier hebben. Ook deze Ria ligt NO/ZW, dus levert een tunneleffect bij deze windrichting. We bezitten onze zielen in lijdzaamjheid en geleidelijk knokt onze boot zich naar de kaap toe. Twee uur later varen we erlangs (foto hier). Ik zie een arcadisch landschap van lage bergen, bossen en velden in de zonneschijn. Wat moet het daar nu goed toeven zijn en wat zoeken we toch op zee? Het is kwart voor één als we de kleine haven van Muros binnenvaren. Rust. Piet & Ineke zijn er al. We leggen met de neus in de wind aan aan een mooie vingersteiger. De Engelsman naast ons wijst op het natte dek en vraagt of we misschien uit het zuiden komen. Hij en zes andere jachten liggen er al twee dagen een weersverbetering te wachten om kaap Finisterre te nemen. Het kan wel een week duren, zegt hij. Ach, wat maakt het uit, we hebben geen haast en Muros is bij deze wind meer beschermd dan Santa Uxia. Het is zo'n typische pleisterplaats waar jachten wachten op goed weer. De haven is prima met nieuwe pontons en alle voorzieningen en het stadje ziet er gezellig uit. En de prijs? Slechts € 25,90.

 

We ruimen het lekwater van het waterslot/uitlaatdemper op. Niet veel. Het heeft ook gelekt in mijn garderobekast, maar daar hing preventief al niks meer, en in de voorhut. Dat waren we vergeten; het kwam vroeger ook voor bij veel buiswater. Het droogt hier in wind en zon allemaal supersnel. 's Middags trekt de wind hard aan tot NO Bf 6 in de haven. Buiten staat zeker Bf 7 - 8. De komende dagen blijft dat zo. Achter de buiskap genieten we in de luwte van de zon. Dom Viano hangt met zijn kooitje eronder, hij pikt kieskeurig in zijn voederbakje en zit genoeglijk te pruttelen. Geen zanger, wel een gezellig vogeltje. Het Pinksterweekend komen we hier wel door. Terug naar boven