Logboek 2014/4 Herfst in Gorcum
Gorinchem (52)
Donderdag 27-11-2014
De foto hiernaast vond ik in een serie op Facebook, genomen bij de boekpresentatie van Marinus Klaasse afgelopen zondag in proeflokaal 'De drie fleschjes' in de Gravenstraat te Amsterdam, niet ver van de Dam achter de Nieuwe Kerk. Ik drink op de foto een nogal sterke bitter uit het eigen vat van Marinus, door hem zelf getapt. Beslist de moeite waard! Of deze bitter ook in zijn boek voorkomt, betwijfel ik, maar ik heb het nog niet helemaal uit. Wie goed kijkt ziet aan de zijkant van mijn voorhoofd een rood rondje; dat is van de door mijn huisarts weggebrande schilferplek. Geneest overigens goed.
Gisteren naar college 5 van mijn cursus 'Symboliek in de schilderkunst'. Daarna naar Utrecht. Sinterklaasdrukte in de winkelstraten. De cafés en de koffiehuizen zitten vol. Lekker gegeten in Bar Bistro 'Madeleine' aan het Wed, de plek waar ik mijn drie boekpresentaties hield. Tevoren was het me niet gelukt een bezoek te vermijden aan boekhandel Broese op de Stadhuisbrug. Mijn eigen boek zag ik nergens; het is niet courant, heet dat. Mijn oogst bedroeg drie boeken, waarvan de leukste de recht-voor-zijn-raap titel draagt 'Waarom bestaat de wereld?' Goede vraag! Het is van de Amerikaanse essayist Jim Holt (Nijgh & Van Ditmar, 2014) Bij Graaf Floris op de Vismarkt lees ik geboeid het eerste hoofdstuk. Even voor zessen loop ik naar 'Madeleine'.
Mijn tafeldame was Lieke K., die ik van het vroegere JAC-Utrecht kende. Op haar voorspraak aten we als voorgerecht wijngaardslakken in een verukkelijke saus en daarna - eveneens erg lekker - confit de canard. Prima! 'Hoe lang hebben we elkaar niet gezien?, vroeg Lieke. Al rekenend kwamen we op minstens dertig jaar. Dertig jaar bijpraten doe je niet zomaar. Wonderlijk hoeveel zaken je desalniettemin nog deelt. De afstand in jaren werd gemakkelijk overbrugd. Tientallen namen van mensen die we kenden, passeren de revue. Sommigen zullen in deel 4 voorkomen, zoals ook in deel 3, onder andere namen. Al die levens, hoe wonderlijk vaak hun loop! Sommigen bakten er niks van en anderen juist wel; enige wetmatigheid is moeilijk te ontdekken - of het zou de grote rol van het toeval moeten zijn. Toeval is het tegenovergestelde van wetmatigheid.
Na het eten lopen we terug. Het is zachtjes gaan miezeren. Ik ontdek dat ik eerder vandaag mijn paraplu ergens ben vergeten. Over de Gaardbrug ligt op dehoek van de Lijnmarkt een zeer bekende kroeg, in de wandeling 'Arie op de brug' geheten. Daar hebben we vroeger ieder vele uren doorgebracht. Tot mijn verbazing zie ik door de vensters dat er asbakken staan en dat er gerookt mag worden.
'Dat klopt', zegt Lieke (die zelf nog sigaartjes rookt), 'Arie heeft al voor duizenden euro's boete betaald, maar hij gaat stug door.'
'Daar gaan we dus niet heen', zeg ik.
We lopen naar het theatercafé van Springhaver. Ook zo'n kroeg waar ik (en Lucas) heel wat sporen trok. Veel is er op het eerste gezicht niet veranderd in die dertig jaar. De banken langs de muur aan de kant van de Strosteeg, de kleine tafels, de oude stoelen. Geen asbakken gelukkig. De zaak is propvol. Leuke meiden, zeg! We drinken koffie. 'Ben jij schipper?', vraagt een kale man naast me. Dat beaam ik, maar ga er verder niet op in. Lieke en ik spreken af dat we elkaar binnenkort nog eens treffen, misschien in Gorcum, om over de organisatie van een reünie van oud-medewerkers van het JAC te praten.
Bij het busstation aan de Jaarbeurskant van Hoog Catharijne moet ik twintig minuten wachten op de Q-liner. Ik bel Ans in Tsjechië. Ze zijn vandaag met de kinderen in Liberec naar de dierentuin geweest. Morgen komt ze aan het eind van de dag weer thuis.
Vanmorgen had ik naar het Gerechtshof in Arnhem willen gaan voor de beroepszaak van mijn oude vriend Ben E. Maar er komt een bedrijf de aan- en afvoerbuizen van lucht repareren van onze CV-ketel. Er zit soms wat vocht (condens) in en dunne metalen pijpen lekken na ruim twintig jaar; één ervan veroorzaakt bij de voordeur van ons appartementengebouw een groeiende bruine vlek. Ze moeten vervangen worden door dikkere pijpen van kunststof. De afspraak kwam met moeite tot stand, dus verzetten was geen optie.
Vanmiddag met Ben gebeld. Hij was niet ontevreden. De rechter bleek een invoelende man. Gangbaar is een uitspraak binnen zes weken, maar een optie is dat de rechter voorlopig nog geen uitspraak doet. In dat geval kunnen Ben en zijn gezin misschien de elf maanden overbruggen, tot Ben 65 is. Dan vervalt de inkomenseis en kan Tina blijven. Gisteren heeft hun advocaat namens Tina overigens een andere procedure gestart, waarin voor haar ontheffing gevraagd wordt voor een mvv-aanvraag.
Het is grijs en kil weer. Tot schrijven komt het vandaag niet; wel doe ik onderzoek voor deel 4. Als Ans straks belt, rijd ik naar Tessa's huis, waar ze zullen arriveren van Rotterdam Airport. Jeffrey kookt voor ons allemaal. Terug naar boven